Een keer iets anders

Als een compleet groentje stond ik een paar weken terug aan de start van de Alpentour Trophy in het Oostenrijkse Schladming. Nog niet eerder had ik een marathon gereden. En nog niet eerder had ik 202 kilometer en 8800 hoogtemeters gemaakt in 4 dagen. Het was eigenlijk een impulsieve actie; ik had plots het licht gezien en moest en zou meedoen aan de Alpentour. In een paar dagen was alles geregeld: vervoer, verblijf en de inschrijving.

Maar ja, dan moet je nog bedenken hoe je een marathon nou aanpakt. Voor een crosscountrywedstrijd heb ik al mijn standaard ritueeltje bedacht. En uitgezonderd het aantal keer dat ik naar de wc moet (dit wisselt, maar is meestal wel een aardige maat om mijn zenuwachtigheid aan te geven) weet ik gewoon wat ik moet doen.

Met de hulp van medemountainbikers had ik na 4 dagen toch wel aardig door hoe een marathon gaat. De start gaat relaxt. Je wordt niet extra opgejut door een official die in je oor staat te schreeuwen dat de start binnen 15 seconden komt. En ook na het startsein moet je alleen maar letten op terrastafeltjes en stilstaande auto’s, maar verder gaat het nog in een prima kletstempo. De warming-up werd hierdoor ook simpel: binnen 5 minuutjes van het huisje naar de start rijden. Wel met de rest van mijn huisgenootjes, want dan kan ik niet eens verdwalen. In tegenstelling tot bij de crosscountry mag je de achterzakjes helemaal volproppen met alles wat je wilt. In mijn geval was dit vooral eten, met gereedschap kan ik toch niet overweg. Ik had mijn eigen manier ontwikkeld om maar liefst 2 binnenbanden en een patroon aan mijn zadelpen te kunnen tapen. Gelukkig heb ik deze niet nodig gehad, want ik had zoveel tape gebruikt dat ik er ook een muur mee had kunnen behangen.

Van tevoren was mijn plan om het als training te zien, lekker op het gemakje en vooral genieten. Genoten heb ik zeker, maar geloof me wanneer ik zeg dat ik echt niet meer op mijn gemakje aan het rondfietsen was – ik moest bijna 3000 hoogtemeters op een dag overbruggen. En ik had mijn reis zo perfect geregeld dat ik zelfs verzorgd werd. Wanneer er iemand zo veel mogelijk moeite doet om je zo snel mogelijk te voorzien van nieuwe bidonnetjes en eten, ga je vanzelf mee haasten. En als je helemaal genoeg hebt van die klim waarbij je met nog maar 4,5 km/uur omhoog aan het schuiven bent in de volle zon, ga je ook niet meer stoppen om een mooie foto van het uitzicht te maken. Maar eigenlijk moet ik vooral zeggen dat ik gewoon heel lekker heb kunnen fietsen. Ik heb het geluk gehad de Alpentour mee te mogen maken in de volle zon (2 jaar terug hadden ze enkel sneeuw) en heb daar optimaal van genoten. De binnenkomst bij de finish gaf steeds een tegenstrijdig gevoel: ik was blij dat ik er was, maar vond het toch ook weer jammer dat de mooie uitzichten en vette trails weer voorbij waren.

Bikefreak-magazine